Leergebiedoverschrijdende thema’s in de lagere school.

Leergebiedoverschrijdende thema’s :

Leergebiedoverschrijdende thema’s  zijn een aantal verschillende leergebieden die niet afzonderlijk gegeven worden, maar wel in verschillende vakken thuis horen.  

1. Het leergebied  ICT  :

 Staat voor informatie- en communicatietechnologie . ICT is een domeinoverschrijdend leergebied en wordt binnen het onderwijs over de verschillende leergebieden heen  aangewend, het wordt dus niet onderwezen als één afzonderlijk vak maar hoort in alle vakken thuis.

Niet alle kinderen hebben thuis een computer. Door ICT wil men in het onderwijs die kansenongelijkheid doelbewust gaan aanpakken.

Veilig en kritisch leren omgaan met de computer :

 In het lager onderwijs leren de leerlingen om op een veilige, kritische en bewuste manier om te gaan met ICT. Meestal is dit nogal een knelpunt bij het gebruik van de computer in de vrije tijd bij  jongeren. De school houdt daar rekening mee en heeft daar toch wel bijzondere aandacht voor.

Scholen maken ook cyberpesten bespreekbaar met hun leerlingen. Samen met de leerlingen wordt dit besproken en kunnen kinderen samen mee bepalen wat wel en niet kan. Kinderen leren hier ook verantwoordelijkheid voor hun daden opnemen. Op MSN zeggen jongeren vaker dingen die ze in het gewone leven tegen niemand durven zeggen. Kinderen leren daarom op school ook afspraken maken over hoe je met elkaar omgaat op internet. Dat kan gaan over niet roddelen, geen virussen sturen, niet schelden…Kinderen leren dat de gevolgen van mekaar belachelijk maken ernstig kunnen zijn en dat het niet zo maar een onschuldig spelletje is. Ook wordt kinderen bijgebracht wat strafbare feiten zijn. Ze leren bijvoorbeeld  dat je geen foto’s van anderen mag publiceren zonder hun toestemming. De school zelf heeft verder ook nog de nodige aandacht voor ergonomie.

 

ICT en leerzorg :

Als differentiatiemiddel vormt ICT een ideaal onderwijsondersteunend middel. De computer  biedt heel wat kansen tot variatie, er kan op maat van elk kind gewerkt worden en er kunnen extra oefenkansen gecreëerd worden voor kinderen die dat nog even nodig hebben. Wie geconfronteerd wordt met een beperking of een handicap krijgt dankzij ICT meer mogelijkheden om zich tenvolle te kunnen ontplooien. De overheid ondersteunt diverse projecten voor leerzorg en ICT.

Een mooi voorbeeld hiervan vind je via www. bednet.be. Zij bieden  afstandsonderwijs aan voor langdurig zieke kinderen . Zij kunnen er dankzij een internetverbinding met de computer en een webcam in contact blijven met hun klas. Eigenlijk blijven ze ondanks hun ziek zijn virtueel naar school gaan.

ICT-coördinator :

De Vlaamse regering maakt middelen vrij waardoor de scholen de eindtermen voor ICT kunnen realiseren. Zo zijn er ICT-coördinatoren in de scholen die technische en pedagogische ondersteuning bieden. Leraren krijgen voldoende opleiding en kunnen beschikken over digitale lesmaterialen. De scholen krijgen de middelen waarmee ze kunnen voorzien in een kwaliteitsvolle infrastructuur  : hardware en software.

De uitrusting van de scholen :  

Heel wat basisscholen investeerden al in computerklassen, educatieve software… Vele scholen beschikken ook al over een netwerk met een server, vaak is er ook een leerplatform, een schooleigen website. Er is een digitale camera, een multimediaprojector, een mediaklas…

De schoolwebsite heeft een informatieve en educatieve functie, maar kan ook een interactieve functie hebben. Dat kan bijvoorbeeld via een forum waar leerlingen en ouders een bericht kunnen posten met een vraag, een digitaal prikbord dus. Dit is ook een vorm van participeren aan het schoolgebeuren. Op de website kan de school ook haar formulieren plaatsen. Zo kan je je misschien online inschrijven voor een voordrachtavond die het oudercomité inricht. 

 

2. Het leergebied  SOCIALE  VAARDIGHEDEN  :

Binnen de eindtermen sociale vaardigheden werkt men in het onderwijs, net zoals bij ICT,  domeinoverschrijdend, aan een aantal inzichten, vaardigheden en attitudes om op een sociaal efficiënte en opbouwende wijze deel te nemen aan het sociale leven.

Een belangrijke taak voor het onderwijs :

Interpersoonlijke, familiale en maatschappelijke relaties vragen heel wat sociale vaardigheden. Een beperkte sociale bagage vormt immers een belemmering om op een bevredigende wijze te functioneren. Ook hier is een belangrijke opdracht weggelegd voor het onderwijs. Kinderen gaan er immers dagdagelijks met elkaar om in velerlei situaties : ze spelen met elkaar, ze vechten, ze zoeken contact, trekken zich terug. Ze ervaren angst en soms paniek , verdriet en ook wel eens teleurstelling, kameraadschap en blijheid, maar soms ook eenzaamheid.                                                                                                                                          

Binnen het sociaal functioneren worden drie specifieke domeinen benaderd die in wisselwerking met elkaar staan.

  • 1. Relatiewijzen : op een speelse manier wordt op ontdekking gegaan en geoefend. In het kleuteronderwijs en de lagere school wordt nogal eens gewerkt met “Axen”. Deze manier van werken heeft als bedoeling ervoor te zorgen dat de kinderen op een positieve manier met elkaar omgaan. Elke “Ax” die wordt voorgesteld door een dier stelt een omgangsvorm voor.
  • 2. Gespreksconventies : de kinderen krijgen kansen om zich te bekwamen in  het communiceren met andere kinderen, met de leerkrachten, met andere volwassenen, met de directie. Het team van leerkrachten creëert hiervoor op school het vereiste klimaat.
  • 3. Samenwerking : kinderen oefenen in het leren samenwerken met anderen, met een groep. Door met anderen samen te werken leren de kinderen van elkaar.

 

 3. Het leergebied  LEREN  LEREN.

Kinderen worden hier vaardig in het verwerven en verwerken van informatie. Ze beschikken over strategieën om een probleem aan te pakken en ze ontwikkelen goede leerhoudingen. De kinderen krijgen tijdens de lagere schooltijd ondersteuning bij het schoolse leren. Anderzijds leren ze ook om in het even welke leersituatie effectief te kunnen leren.

 Leren leren is een leergebiedoverschrijdende eindterm omdat deze in verschillende leersituaties voorkomt en daar aangeleerd en ingeoefend wordt. Door te leren leren gaan kinderen hun activiteiten goed organiseren en plannen, leren ze nagaan of het resultaat bereikt wordt en sturen ze hun leerproces bij waar nodig.            

Wanneer kinderen de eindtermen leren leren bereikt hebben, dan kunnen ze beter zelfstandig nieuwe kennis en vaardigheden verwerven en zijn ze ook beter in staat om problemen op te lossen. Kinderen worden door “leren leren” betere leerders en ook betere probleemoplossers en dit zowel in schoolse als in buitenschoolse situaties.

Mind-mapping :

Mind-mapping is een methode die wel eens gebruikt wordt binnen het leren leren.Een mindmap is een schema waarin het onderwerp centraal wordt gesteld.  

HOE  ZIET  EEN MIND-MAP ERUIT ?                                                                   

Midden het blad staat het centrale woord en daarom heen worden de verschillende verbindingen toegevoegd met behulp van woorden, pijlen, cirkels, kleuren…ontstaat een overzicht.

WAT  IS  HET  VOORDEEL  VAN  ZO  EEN  MIND-MAP ?

Door deze structuur te gebruiken kan het geheugen na het bestuderen van de mindmap achteraf de informatie gemakkelijker weergeven. Vandaaruit wordt vertrokken naar bijzaken. Een visuele voorstelling van de leerstof via een mindmap helpt leerlingen om de details van de  hoofdzaken te onderscheiden en om informatie logisch te ordenen in het geheugen.

 Door deze methode te gebruiken zijn leerlingen vaak meer gemotiveerd om aan bepaalde opdrachten te beginnen. Met een mindmap onthouden leerlingen sneller en effectiever. Er zijn ook kant-en-klare computerprogramma’s voorhanden om te oefenen met mindmapping.

Belangrijke aandachtspunten :

“Leren Leren” is dus echt wel veel meer dan bezig zijn met studiemethodetips !  Als ouder kan je daarom ook bij de leerkracht terecht om goed geïnformeerd te worden en aanvullende tips te krijgen. Soms studeert een kind oppervlakkig en dan kan de leerkracht bijvoorbeeld opmerken dat de problemen die zich bij het leren in de klas en het studeren thuis voordoen zich ook op anderen terreinen voordoen. Het oppervlakkige gedrag kan een gedrag zijn dat zich ook op verschillende andere domeinen manifesteert en daarom is het noodzakelijk om een totale aanpak met het kind te bekijken.

Leren leren is ook meer dan enkel maar goede studiegewoonten aanleren. Ook emotionele factoren zoals motivatie, zelfvertrouwen enz. spelen een even grote rol.  Je kind leert niet enkel als het een toets aan het voorbereiden is van wiskunde of WO. Ook puzzelen, een atlas gebruiken of een praktisch probleem leren oplossen is leren leren !

Zelfstandig leren is : informatie kunnen verwerven, verwerken en deze in allerlei situaties kunnen toepassen. Belangrijk bij zelfstandig leren is ook jezelf kunnen motiveren. Het is een basisvaardigheid die je in het verdere verloop van je leven nodig hebt.

Zelfinstructiemethode :

Een stappenplan leert je kind op een zelfstandige manier leren en biedt hem meer structuur. Bij jonge kinderen gebruikt men vaak de beertjes van Meichenbaum  waarbij kinderen via een zelfinstructiemethode aan de slag gaan. Voor iets oudere kinderen wordt op een gelijkaardige manier aan het werk gegaan :

  • FASE 1 : Verkenning van de opdracht : het gaat hier om het nauwkeurig lezen of het nauwkeurig beluisteren van een opdracht. Kinderen verliezen vaak veel punten omdat ze een vraag niet zo goed of niet volledig lezen. Sommige kinderen raken ook al in de war als een vraag anders is gesteld als gewoonlijk.
  • FASE 2 : verwerken van de opdracht : dat kan ondermeer door het onderstrepen van kernwoorden, samenvattingen te maken, schema’s maken… elk kind moet daar zijn eigen weg kunnen in vinden en uiteindelijk zelf kunnen kiezen welk hulpmiddel hem het meest aanspreekt om de leerstof te verwerken.
  • FASE 3 : uitvoeren-inprenten : het gaat hier om het instuderen van de leerstof.
  • FASE 4 : controleren : hier gaat je kind na of alle stappen goed gezet werden.

 Ben je op zoek naar een stappenplan dat je kind zelfstandig leert leren en dat hem structuur biedt ? Op www.klasse.be/ouders kan je dit terugvinden. Klik op “Klik en print” en dan op “Leer-stappenplan”

 Nog meer weten ?

Leren leren, thuis en op school – I. Engelen – Garant – www.garant-uitgevers.be

Op www. ond.vlaanderen.be/dvo/basisonderwijs/index.htm. kan u nog nader ingaan op eindtermen en ontwikkelingsdoelen, leergebieden en leergebiedoverschrijdende thema’s.

Het  GEZONDHEIDSBELEID  niet beperkt tot één enkel leergebied.

In het kleuteronderwijs vinden we binnen de leergebieden lichamelijke opvoeding en wereldoriëntatie ontwikkelingsdoelen terug die verwijzen naar gezondheidseducatie.  Voor de lagere school zijn deze  eindtermen terug te vinden in de leergebieden lichamelijke opvoeding, wereldoriëntatie en de leergebiedoverschrijdende eindtermen sociale vaardigheden. Binnen het basisonderwijs leren kinderen heel  wat rond  “gezond leven” .

Tutti Frutti.

Een actie waar het merendeel van de scholen aan deelneemt is “Tutti Frutti”. Deze actie kadert in het eten van fruit en gezonde voeding. Heel wat kinderen eten immers nog onvoldoende fruit en de gemiddelde fruitconsumptie daalt nog steeds. Met het project Tutti Frutti”, waar de scholen kunnen instappen, eten de kinderen minstens één keer per week vers fruit als tussendoortje. Op deze manier gaan kinderen fruit beter leren kennen en waarderen. Zo gaan ze straks meer fruit eten, thuis en elders buiten de school. In een aantal scholen komen ook ouders of grootouders hulp bieden bij het schillen of het schoonmaken van fruit en het verdelen van fruit in porties.

 

Het gezondheidsbeleid in het basisonderwijs kan de volgende thema’s bevatten :

-Hygiëne

-Voeding

-Genotsmiddelen (drugs) en geneesmiddelen

-Veiligheid en EHBO(eerste hulp bij ongevallen)

-Stress en emoties

-Rust, beweging, houding

Voeding en beweging zijn de prioritaire thema’s waarop gefocust wordt.

Aandacht voor preventie.

Binnen het basisonderwijs werkt men ook met kinderen rond preventie rond middelengebruik. Ontwikkelingspsychologisch gezien zijn kinderen ontvankelijk voor preventie. De lagere schoolleeftijd is ook een periode waarin kinderen open staan om nieuwe dingen te leren. Het is ook een ideale fase om de vaardigheden in het verantwoord leren om te gaan met genotsmiddelen aan te leren.

Op www.klasse.be/ouders vind je de “drink-ometer”. Op deze manier kan je je  kind ook stimuleren om regelmatig water te drinken i.p.v. zoethoudende dranken. Je vindt hier een versie voor beginners en een versie voor gevorderden. Klik op “klik en print” en dan op “de drink-o-meter”.

 

 

 


 

 

 

Login to your account

Can't remember your Password ?

Register for this site!